![]() |
Banda Eilanden |
|
|
||
|
||
Start Molukken | Manado en Bunaken | Ternate | Tidore | Ambon en Sawai | Banda Eilanden | Saparua en Itawaka | Ambon en Bali | ||
Op de Pelniboot |
|
Van 10.00 uur verzamelen werd het 11.00 uur zodat we nog even naar het internetcafé konden met de betjak. We vertrekken vanuit de haven bij Ambon stad. We zien het grote schip met 7 dekken de aanlegsteiger naderen. Het krioelt opeens van de mannen in fel gele t-shirts die zich met zijn allen tegelijk door de smalle ingangen van de boot willen persen. |
|
Aan de punt ligt het schip aangemeerd met 3 lange touwen, hierlangs zien
we als apen een tien- à twintigtal snelle knapen zich naar boven
slingeren.
Ze hebben allemaal wat handel bij zich wat ze aan boord proberen te
verkopen. Als de gele t-shirts weer naar buiten komen hebben ze zware
pakken op hun nek wat ze snel afgooien om weer nieuwe te halen. De aankomende en vertrekkende passagiers moeten gelijktijdig door de nauwe ingang het schip ingaan en verlaten. Grote dringende chaos dus en daar tussendoor de gele t-shirts met hun grote pakken. |
|
Een paradijs voor zakkenrollers, we zijn echter voldoende gewaarschuwd, maar toch voelen sommige mannen hoe er aan hun kontzak gemorreld word, waaruit dus niets meer te halen valt. We proberen bij elkaar te blijven en laten ons mee voeren in de stroom. |
|
Op de benedendekken zijn allemaal
kleine zaaltjes met matrassen, dicht tegen elkaar, waar vele passagiers
uit de vorige aanlegplaatsen zich al hebben geïnstalleerd.
Ze slapen, eten en hangen maar wat.
Een ongelooflijke bende, nooit eerder gezien, maar zo stel ik me een
bajesboot voor. Een paar dekken hoger krijgen we van Debby de sleutels uitgedeeld. We hebben kamertjes met 6 of 4 bedden en een kastje voor je bagage. De tocht naar Banda duurt 8 uur dus kunnen we hier wat rusten. Maar geen haar op mijn hoofd die er aan denkt om op zo'n matras te gaan liggen, te veel kakkerlakken, minstens 5 per bed op het eerste gezicht. Niet zulke grote, maar wel onsmakelijk. We hebben de meeste tijd doorgebracht op het bovenste achterdek. |
Hier kon je wat eten en drinken. De TV stond op karaoke (wat hier reuze populair is) mooie Indonesische muziek maar helaas wel wat hard. Tegen de avond werd er veel ingezongen, klinkt meestal wel goed. We zien de zon ondergaan, eten en hangen nog wat en dan kunnen we ons om 22.30 uur weer in hetzelfde strijdgewoel storten om het schip te verlaten. |
Aankomst op Banda Neira |
|
|
Vanochtend lopen we in 2 1/2 uur rond
het kleine stadje om forten te bekijken uit de 17e eeuw, de tijd dat de
Nederlandse VOC
hier de macht in handen had. Vanwege de kruidnagelen en de nootmuskaat zijn er in het verleden veel machtswisselingen en strijd geweest tussen de originele bevolking en de Engelsen, Portugezen en Nederlanders. Hieraan herinneren nog wat oude forten. Fort Nassau is erg vervallen (er staat alleen nog een muur) en Fort Belgica, wat wel helemaal gerestaureerd is. |
We zien een groot borstbeeld van koning Willem
III bij het voormalige gouverneurshuis. We lopen door het oude statige
huis, er is nog wat sumiere inrichting aanwezig, maar het verval heeft
reeds toegeslagen. Niets wijst erop dat het binnenkort gerenoveerd gaat
worden. In het stadje Banda waar nog aardig wat huizen uit de Hollandse koloniale tijd zijn achtergebleven, bezoeken we in zo'n Oud Hollands huis een museumpje waar ooit vice president Mohammed Hatta uit de tijd van president Soekarno in ballingschap heeft geleefd. Als laatste bekijken we een protestants kerkje wat momenteel gerestaureerd wordt waarvan de vloer vol ligt met oude grafstenen van vooraanstaande Nederlanders. |
|
|
|
Na de lunch gaan we snorkelen.
Aan de overkant ligt de vulkaan Gunung Api (Vuurberg). |
De Perk - Groot Waling |
|
|
We gaan in een
kring zitten onder een grote mangoboom en Debby vertelt ons over de
voorgeschiedenis en geeft dan het woord aan Ponky. Deze ingetogen, rustige man heet ons welkom en vertelt dan zijn levensverhaal. Het is een hartverscheurend verhaal. Hij heeft gestudeerd in Jakarta en daar een carrière opgebouwd, maar werd terug geroepen door zijn vader om de perk (plantage) in 1998 voort te zetten. Vader overleed in februari 1999. Een paar maanden later kwam de inval door de Moslims uit Java en eigen volk van Banda. Zij vermoorden met kapmessen zijn moeder, vrouw, tante en 2 dochtertjes. |
Het verhaal is zeer aangrijpend, zeker
als hij vertelt over het terugvinden van zijn zoon en dochtertje (beiden zwaar
gewond).
En altijd dat eeuwige zelfverwijt, wat mensen eigen is, klinkt tussen
de regels door. Hij probeert nu met zijn nieuwe vrouw en 2 jonge dochters de plantage weer op te bouwen en het huis langzaam te renoveren. We waren zeer onder de indruk en volgens mij zat echt iedereen te huilen.Het kwam ook zo dichtbij en is nog maar zo kort geleden. |
|
We krijgen thee en zelf gebakken cake en ook nog verse avocado-juice en dan lopen we over de plantage waar onder de schaduw van de reuze Kanariebomen de nootmuskaatbomen groeien. Het belangrijkste produkt van de Banda Eilanden (denk aan de Banda foelie). |
|
We lopen een uurtje terug naar de boot.
Dit is ook weer zo'n prachtig groen eiland. De bomen zijn nog weer
groter, hoger en ouder als we elders gezien hebben. In de tuinen bloeien
meer bloemen. We hangen nog wat in de schaduw bij de steiger en varen dan een stukje verderop naar de volgende snorkelplek. Dit keer bij een rif waar het koraal grootser is als de vorige plek. Het blijft ons boeien, mede door de heerlijke temperatuur van de zee kun je het heel lang volhouden. |
|
|
|
Op het bovendek bij de karaoke brengen we de meeste tijd
door. De mensen kunnen hier zo mooi zingen, van die heerlijke melancholische
tranentrekkers! |
|
|
We hebben er eerst in het internetcafé een flinke
pluk verslag doorheen gejakkerd (2 uur). Was wel goed te doen omdat er
airco aanwezig was. |
|
's Middags zijn we met Debby en Yannes naar een klein ateliertje geweest waar men houtsnijwerk maakt, kleine beeldjes van ebbenhout. Twee vrouwen waren bezig op het weefgetouw met Ikat. Zij weefden lappen waar o.a. tasjes van gemaakt worden. |
|
|
Marina |
||
|