Homepage

Dorpen aan de Sepik river
Tekst en foto's: Kristine Hannon
Reistijd: september - oktober 1998

 

 

 

 

 

 

Start Papua Nieuw Guinea

Amboin-Munduku-Yimas

Timbunke - Sepik river

Dorpen aan de Sepik

Chambri lakes

 

 

 

 

 

Bien river en Muschu island

Hermit Atol

Bismarck Archipel

Southern Highlands

Tari - Port Moresby

       
  Palembei, Yentchan, Korogo, Kanganaman

Om 08 uur vertrekken we naar het eerste dorp: Palembei. Na 5 minuten met de speedboot gaan we aan wal.
Een twintig minuten durende tocht door de dichte jungle en langs graslanden zal ons in het dorp brengen.
Al gauw lopen er een paar meisjes met Celine en mij mee.

 
    Het vragenuurtje kan beginnen.
Ongeïnteresseerd in onze vragen, kijken ze voortdurend naar mijn lange blonde vlecht.
Een van de meisjes durft het er eens aan te voelen.
Als ik hem vervolgens los maak en mijn blonde haren laat wapperen, is de sensatie
compleet. Ze giechelen van opwinding en weten van geen ophouden.
 

We bezoeken eerst de "Haus Tambaran"
Voor dit huis ligt een strook Sacred (heilige) grond, die de haus als het ware verbindt met een ander geesteshuis (spirithouse)

Eigenlijk is de sacred ground een soort rivier die de twee huizen met elkaar verbindt en die de goede geesten als weg moet dienen.
Langs deze "rivier" is een soort dijkje gebouwd beplant met bomen, ze lijken op de oevers van een rivier.
In de haus staat de Orakelstoel of

   

 

Verkouden jongen in Palembei

Palenbei - Haus Tambaran

  spreekstoel (Oratorial Chair). In deze stoel huien de voorvaderen en helpen de mannen bij het spreken en orakelen. Zo
komen de woorden vlot en vergeten ze niets. Dit is een zeer mooi dorp waar ze tijdens het regenseizoen enkele malen per jaar overstroomd zijn.
 
Dit is een zeer mooi dorp waar ze tijdens het regenseizoen enkele maanden per jaar overstroomd zijn. Dan komt het water meer dan een meter hoog en doen de palen
waarop deze huizen gebouwd zijn zeker dienst.
Tijdens deze lange periode kunnen de dorpelingen niets verbouwen en zijn ze aangewe- zen op een dieet van sagomeel. Het is dan ook zeer druk in de huizen omdat honden,
varkens en kippen ook binnen moeten.
We krijgen de heilige drums te horen waarna we ons naar het tweede spirithouse bege- ven. Daar vindt bij de jongens normaal het initiatieritueel plaats zoals vooraf beschreven.
Om de littekens dikker te maken en zo meer aanzien te krijgen, wrijven ze de wonden
   

 
in met as van het vuur.
Eens er korstjes verschijnen wor- den ze afgeschraapt met een stuk bamboe en opnieuw ingewreven met as.
Dit kunnen ze tot 20 keer toe herhalen, waarbij de wonden iedere keer ontsteken en de littekens dikker en dikker worden.
Hoeveel maal dit wordt herhaald hangt af van de moed en opoffering van diegene die dit
 

     

Palembei

Palembei - Krokodil insnijdingen

  ondergaat. Eén van de jongens toont zijn verminkte, getatoeëerde lijf. Ongelooflijk! De littekens lijken dikke, 2cm hoge blaren en bedekken een groot deel van zijn borstkast, rond de tepels en als een riem rond het middel. Achteraan op de rug staan ze in de vorm van een kruis. De boven armen zijn ook bedekt. Vreselijk.  
Ik heb hier een ‘Limescontainer’ gekocht. Jongens die het initiatieritueel volbrengen, krijgen dit cadeau.
Mannen kauwen hier namelijk op Beatlenut en ginger, die worden in limespowder gedoopt. Dit poeder wordt gemaakt door limestone (een soort koraal) te pletten.
Dit is erg bitter en samen met de beatlenut het een reactie in de mond. Tanden en mond worden bloedrood en vormen hier de typische glimlach waar je de eerste keer wel van schrikt.
De limescontainers dienen voor het bewaren van het poeder en verhinderen dat dit gaat klonteren door de vochtigheid.

Volgende halte is Yentchan. In de Spirit Haus mogen we hier de orakelstoel wel fotograferen. Anders dan in andere dorpen zitten de geesten hier niet in de stoel, maar in de grond ernaast.
In een Haus Tambaran heb je twee zijden: de maan- en de zonzijde? Mannen die tijdens de maan geboren zijn (’s nachts dus) mogen alleen langs de maanzijde binnen en buiten.
Hetzelfde geld voor mannen die overdag zijn geboren, die komen en gaan langs de zonzijde. Ze mogen ook elkaars zijde niet betreden.
De oudste mannen zitten naar het midden toe terwijl de jongste dichtst tegen de uitgang zitten. Iedereen heeft zijn plaats op de hoge, lange banken. Jonge mannen mogen ook niet in het centrum komen tenzij ze een erg goede reden hebben. En dat gebeurt dan op zeer eerbiedige wijze.
     
 

Typische mond van beetlenut kouwer

   

   Dit schema-tje maakt het misschien iets duidelijker.


Hier vind ik een kinashell-ketting. Langs de Sepik wordt deze met de binnenzijde naar buiten gedragen, in de Highlands is het omgekeerd.
Hier zien we ook het
krokodilmasker. Een nabootsing van een echte krokodil, gedragen bij belangrijke gebeurtenissen waarbij de invloed van de geesten groot is. Zoals bij de inwijding van een nieuwe kano.

Terug aan boord voor de lunch. Daarna nog eens een beetje werken: kaarten en zegels verkopen.

Het volgende dorp is het prachtige Korogo.
Hier treffen we een schitterende Haus Tambaran.
Dit architecturale meesterwerk werd in 1991 afgewerkt na 8 jaar handenarbeid. De hoge, massieve palen waar het is op gebouwd zijn allemaal gesculpteerd, echte meesterwerken.

Zoals bij iedere Haus vertegenwoordigt iedere steunpaal een andere clan. Bijvoorbeeld 12 palen zijn 12 clans, hoe meer clans in een stam hoe meer steunpilaren voor de Haus.
Ze zijn dan ook allemaal anders versierd.

We krijgen de gelegenheid om oude munten te kopen die gebruikt werden door de Duitse bezetter (ja, hier ook)
Ze zijn gebruikt tussen 1935 en 1945. Achter dit machtige Haus ligt de heilige grond die, anders dan in andere dorpen, begrensd wordt door huizen waarvan sommige ronduit prachtig zijn bewerkt.

Korogo's unieke "Huis Tambaran".

Deze huizen, met bovenop een afbeelding en met 2 luikjes, behoren tot de belangrijkste mannen van het dorp.

We zien de mensen aan het werk in hun woning, het eten wordt klaargemaakt. Er staat ‘pis’ op het menu, wat het pidgin is voor vis (fish) of ‘pik’ wat varken betekend (pig of pork)! Grappig.
In de kerk krijgen we een spontaan kinderconcertje.

Het valt op dat de mensen hier erg vriendelijk zijn en dat ze vooral Janet Barter goed kennen. Zoals ik al vermeldde is zij onze gids en eigenares van Melanasian Tourist Service. Ze woont al 20 jaar in PNG en de mensen komen naar haar toe voor een handdruk. Ze geniet enorm veel aanzien en respect.
Dat komt grotendeels door haar liefdadigheidswerken. Dikwijls verdelen zij en haar man (die piloot is) medicijnen en schoolmateriaal in deze dorpen. Ook organiseerden ze een luchtbrug voor voedselhulp na de vloedgolf in Aitape op 17 juli 1998, waarbij 2200 mensen stierven en 10.000 dakloos werden.

Kinderconcertje in Korogo

We gaan weer aan boord van de speedboot om onze laatste bestemming te bereiken: Kanganaman. Tijdens ons vaartochtje wordt het toch wel gevaarlijk donker op de achtergrond.

We moeten terug een eindje te voet en na enkele minuten krijgen we de stortvloed van een tropische regenbui op onze weg.
We proberen een beetje te schuilen onder een palmboom, waar plots een gigantische kokosnoot naar beneden ploft.
Dertig centimeter verwijderd van twee verbaasde blanke vrouwen…
We lopen dus toch maar verder en komen kleddernat in het dorp aan.
We worden uitgenodigd bij een dorpeling om onder zijn huisje te schuilen.
Een knetterend haardvuurtje wordt ontstoken en we kunnen onze natte ledematen wat laten drogen.
Als de bui iets vermindert, wandelen we naar het Haus. Langs de
‘groene rivier’ bereiken we een indrukwekkende Haus die helemaal anders is dan de vorige.
Op veel hogere palen gebouwd dan de andere, ziet het ernaar uit dat ze hier meer last hebben van overstroming dan op andere plaatsen.
De voor- en achterzijde van het Haus is helemaal open,

Interieur van een gewoon hutje

wat we tot nu toe nog niet hebben gezien. Normaal zijn er vier muren en kan je niet binnenkijken. Hier zijn er maar twee, namelijk de twee lange zijkanten.

We vertrekken terug naar de boot en komen alweer in een plensbui terecht. Ik word vergezeld door een stelletje dorpsjongens, waarvan Manuel de nieuwsgierigste is. Hij biedt aan mijn spullen te dragen en is zowat verlegen.
Bij de boot is het erg glad en moeten we de modderige dijk af. Hilariteit alom als er enkele, waaronder mezelf, tegen de vlakte gaan. Gelukkig heeft Manuel mijn camera. Kletsnat en geamuseerd varen we onder gejuich en gelach weg. Zolang Manuel kan, staat hij te zwaaien.

Terug op de boot worden we met de tuinslang schoongespoten. Kleren, schoenen, benen, alles wordt zo ontdaan van modder en slijk.
Na een lekkere douche gaat het richting restaurant. We worden vergezeld door Kapitein Keith, een PNG uit Madang. Na een praatje met hem, kijken we naar de film ‘
First contact’, over het eerste contact tussen de blanken en de Highlanders.

Mijn kajuit op de Melanesian

We spreken van 1930 als Michael Leahy in opdracht van de Australische regering, op zoek gaat naar goud in de Highlands van PNG. Hij ontmoet er als eerste blanke de totaal verschrikte inheemse bevolking. Schitterende film, gemaakt in 1983 en met getuigenissen van ‘overlevenden’.

Morgenvoormiddag gaan we naar Chambri Lakes. We bezoeken de dorpen Wombun en Aibom (aardewerk ) en in de namiddag Tambanum. Daar zullen 4 vrijwilligers (Toon, Raymond, Celine en ik) zich laten beschilderen.



Verder naar de Chambri lakes en omliggende dorpen


Kristine

printversie

247.14.07.07/24.09.07